Duur: 2 uur 45 min
Begin- en eindpunt: parkeerplaats Glymur, aan het eind van de Hvalfjörõur (weg 47), voor de tunnel sla je rechtsaf een onverharde weg in
Hoogteverschil: 380 meter
Zwaarte: zwaar door noodbrug, steile klim, lichte klimpassage, rivierdoorwatering boven de waterval
Eenmaal het toeristische en drukke Thingvellir National Park achter ons gelaten hadden we zin om nog één laatste wandeling in IJsland te doen. In onze Rother wandelgids stond één wandeling in de buurt: Glymur. Een zwarte wel te verstaan. Mick had er meteen zin in, want uitdaging dus leuk. Ik moest echter nog even een drempel over. Een boomstam als brug klonk niet als iets dat ik heel leuk zou vinden. Maar om mezelf nog één keer uit te dagen besloten we er naartoe te rijden. En wat een goede keuze! De weg ernaar toe is al prachtig omdat je steeds dieper een fjord in rijd. Er zijn niet heel veel auto’s, het prachtige blauwe water steekt prachtig af tegen de blauwe lucht, en de paar stopmogelijkheden onderweg waren goed voor mijn foto-gemoedrust. Omdat we alleen het zuiden van IJsland bezocht hadden, hadden we tot dan toe nog geen fjord gezien. Ik kon mijn geluk niet op. Het leek immers op Noorwegen: het bijzonderste land dat ik ooit gezien heb.
Eenmaal aangekomen op de parkeerplaats aan het eind van het fjord begon de wandeling. Het eerste stuk nog redelijk vlak en idyllisch maar dit verdween naarmate we dichter bij de rivier Botnsá kwamen (±30 min). Afdalend door de grot richting het water zag ik de boomstam over het water al liggen. Gelukkig kon ik, doordat ie hoog genoeg was, gewoon op een geïmproviseerde manier droog de overkant bereiken. Vanaf hier gingen we via een steile helling en een eenvoudige klimpassage langs de waterval omhoog. Onderweg heb je prachtige uitzichtpunten op de waterval. Én vergeet ook vooral niet om achterom het dal en het fjord in te kijken! Eenmaal boven de waterval bleek de rivier rustig en door de droge periode ook redelijk ondiep. In plaats van onze waterschoenen aan te treken besloten we dus van steen tot steen te springen. Gelukkig bereikte we ook hier met droge voeten de overkant.
Via de andere kant van de waterval daalden we af, terug naar de parkeerplaats. Ook deze kant bleek geen makkie te zijn door de steilheid en het vele losliggende puin. But we made it! En wat hebben we genoten! Heel anders dan dat we tot dusver gezien hadden, prachtige vergezichten en ook technisch een mooie laatste uitdaging.
Doordat de wandeling alleen te voet te bereiken is, is het ook niet zo toeristisch. Bovendien gaan veel wandelaars maar tot het eerste op tweede uitkijkpunt.
Mooi verslag en foto’s van een uitdagende wandeling.